Zambia (Liuwa Plain en Zuid Kafue)
Een dag voor we naar Zambia gaan, rijd ik vlak bij ons huis per ongeluk over een groot stuk hout dat met een knal tegen de auto klapt. Gelukkig hoor ik geen rare geluiden en ga dus met een gerust hart boodschappen doen. Bij terugkeer vraagt Jan of ik niets mis. Nou, nee.. Hij haalt een verbogen treeplank tevoorschijn. De knal kwam niet van hout, maar van de treeplank die ik van de auto had gereden…
Met een gerepareerde auto gaan we opgewekt naar Kasane, waar we mijn broer ophalen. We beginnen met een tocht langs de Chobe rivier, waar we tot onze verrukking voor het eerst de afrikaanse schaarbek (african skimmer) zien die scherend over het water zijn voedsel vangt. Een kleuterklas impala’s spoedt zich naar de oppas, terwijl een eindje verder de oorgier (lappet faced vulture) voor ons poseert.
Met de nodige stops om campings en lodges te bezoeken en een garage vanwege een verdacht rood lichtje, komen we twee dagen later aan bij Liuwa Plain dat we willen bezoeken vanwege de migratie van de wildebeesten. Het pad begint meteen met diep zand, maar met verminderde bandenspanning doet onze oude landcruiser het voortreffelijk, ondanks het rode lichtje dat niet verholpen is. Er is ook een ander probleempje: er zijn vele wegen die beslist niet allemaal naar Rome gaan. Mijn broer geeft aanwijzingen via een gps met het ons vertrouwde Tracks4Africa, terwijl ik de route volg op Maps.me. Bij een splitsing wil het ene navigatiesysteem naar rechts en het andere naae links. Als jonge ouderen hebben we meer vertrouwen in de gevestigde technologie dan in de nieuwe, maar dat blijkt onterecht. Via Tracks maken we een flinke omweg. Gelukkig is deze niet voor niets, want we ontmoeten een grote kudde wildebeesten die in een lange rij voortrekken. Vrijwel iedere koe wordt vergezeld door een jong, waarvan bij sommigen de navelstreng nog zichtbaar is. Later worden we verrast door een gezin kraanvogels en een hyena met op de achtergrond duizenden steppevorkstaartplevieren (black-winged pratincoles). Prettig is dat Jan bij het achteruit draaien een spatlap er af rijdt. Dat geeft weer wat tegenwicht aan mijn treeplank.
We verruilen de vlakte voor het veel dichter begroeide Kafue. Met een sundowner genieten we van het mooie uitzicht op de rivier. Als ik ’s avonds naar het toilet loop, bots ik bijna tegen een soort rotsblok. De voorkant heeft oogjes die knipperen in het felle licht van de zaklantaarn. Geschrokken draaft het nijlpaard weg, terwijl ik in een nog sneller tempo terugkeer naar de auto.
Door recente stroperij is het wild schaars en schrikachtig, met uitzondering van de gebieden rond de lodges en campings waar de dieren zich kennelijk veilig voelen. Bijkomend voordeel is dat er onderweg niet zoveel te fotograferen valt, want een open raampje betekent een onmiddellijke invasie van tsetse vliegen. Voor de enorme groep pelikanen die met zijn allen een minuscuul plasje leeg vissen en een zwanger luipaard dat dacht de weg voor zich alleen te hebben, maken we een uitzondering. Deze foto’s zijn echter duur betaald, of liever gezegd pijnlijk…
Op de laatste avond praten we met zijn drieën na over de geslaagde tocht. Ik ben bijzonder opgelucht dat de auto het prima gedaan heeft, ondanks het rode lichtje, maar mijn broer is wat teleurgesteld. Hij heeft nog steeds bijzonder goede herinneringen aan een breakdown in de Kalahari op onze allereerste tocht en het lichtje leek zo veelbelovend. Om toch leuk af te sluiten, geeft hij ons de volgende ochtend bij het ontbijt het handvat van het voorportier. Dat brak af toen hij iets uit de auto wilde pakken.
Dag, Bedankt voor het mooie verhaal, maar ik zag Jan toch vanmorgen in de kerk in Lelystad? Of is hij als god, alom tegenwoordig!
Hi Dirk, nee, zo machtig is Jan gelukkig niet. Er zat wat vertraging tussen de reis en het plaatsen op de website. Op onze leeftijd zijn we niet meer zo snel…
Wat een leuk verhaal! Fijn dat jullie met z’n drieën weer een mooi avontuur hebben beleefd.
Dank je wel. Het was inderdaad een mooi avontuur en erg gezellig dat mijn broer mee was.
Weer een jaloersmakende tekst en prachtige foto’s. Geniet!
Dank je wel! Het genieten gaat vanzelf (met uitzondering van de tsetse vliegen).
Wanneer geven jullie je eigen kalender uit met die prachtige foto’s die jullie in deze jaren hebben kunnen maken, eventueel voorzien van korte anekdotes? Lijkt me heel leuk!
Klinkt als een heel leuk idee. We komen eens praten!
Wat een geweldig verhaal weer. Ik krijg zo ‘n zin om dit in het echt mee te maken, maar dan met een iets nieuwere auto 🙂
Jullie zijn van harte welkom, dat weet je! Een nieuwere auto regelen we graag, want ook dan is een reis al avontuurlijk genoeg.
Wat een geweldig leuke belevenis weer. En wat een mooie foto’s weer!
Wat is eigenlijk de fijnste tijd om daar op vakantie te komen?
Dank je wel! Buiten het regenseizoen (november t/m april) kun je prima in Botswana rond reizen. Juni, juli en augustus zijn de koudste maanden. Overdag is het dan nog steeds prettig, maar zodra de zon onder gaat, koelt het sterk af. September is een mooie maand, omdat het dan ’s nachts niet meer zo koud is en ook nog niet zo heet als in oktober. Het wild is in die periode ook goed te spotten, omdat het in de buurt van de rivieren zit. Voor de periode juli t/m september geldt dat er ongeveer een jaar van te voren geboekt moet worden als je in de parken wilt overnachten en zelfs dan is het niet vanzelfsprekend. De campings zijn klein en er zijn er niet veel. Daarnaast raakt Botswana steeds meer in trek. Het zou overigens reuze leuk zijn om je hier te ontvangen!
Wat weer een heerlijk avontuur om te lezen! Dank ook voor alle vogel-en dierennamen, moet er altijd weer een beetje inkomen als we op reis gaan. En erg leuk en boeiend beschreven!
Groetjes!
Leuk om te horen en wat de namen betreft: graag gedaan! We kijken er alvast naar uit om jullie verhalen te horen als we elkaar in Maun ontmoeten (het ziet er inmiddels naar uit dat dit toch gaat lukken!)